Koppel discussie curriculum los van vakken

Jullie stellen in het artikel “Een nieuw curriculum voor de middelbare school” in feite drie vragen:

  • 1. Wat is een goed curriculum?
  • 2. Hoe kun je dat vaststellen?
  • 3. Hoe veranderen zonder de arbeidsmarkt te verstoren?

Welnu, eigenlijk vind ik dat een discussie over doel en middelen in het onderwijs gevoerd zou moeten worden los van vakken. Ik denk echter dat dat pragmatisch niet mogelijk is: het gesprek over het Nederlandse onderwijs vindt nu eenmaal plaats aan de hand van vakken. Ook relatief nieuwe vakken als CKV verdedigen met verve het verworven territorium, inclusief een roep om beoordelen met cijfers 'zoals een echt vak'. De vraag naar wat leerlingen op verschillende leeftijden eigenlijk zouden moeten leren verdwijnt daarmee enigszins naar de achtergrond, in een discussie over belangen van verschillende vak-belangenverenigingen. Veelzeggend is dat docenten in Nederland per vak georganiseerd zijn, niet als professionele groep, en dat initiatieven als het Lerarenregister - althans in mijn beleving - slechts moeizaam van de grond komen. Dit alles ondanks de wet BIO van 2006 waarin vakkennis slechts één van de zeven competenties is van beroepen in het onderwijs.

Dit verklaart ook de neiging van de overheid om bij het bedenken van nieuwe doelen van het onderwijs - in jullie artikel 'voorlichtingsvakken' genoemd - in 'vakken' te willen gieten. Verzorging en Techniek zijn goede voorbeelden; veelzeggend is weer dat deze nieuwe vakken op veel plaatsen stilzwijgend van de tabel verdwijnen.

Deze neiging is in jullie voorstel voor een nieuwe tabel ook te lezen: voor nieuwe (soms oude!) inhouden komen nieuwe vakken.

Jullie opsomming van 5 doelen van onderwijs vind ik verhelderend. Vertalen van deze doelen naar opdrachten voor (een team van) docenten vind ik echter interessanter dan een vertaling naar verschillende vakken. Een goed curriculum voor een groep leerlingen wordt immers vastgesteld afhankelijk van tijd, plaats en deelnemers. Steeds opnieuw. Welke kennis en vaardigheden zijn van belang voor deze groep leerlingen, op dit moment, op deze plaats? 

Van groot belang is dat dit gesprek - waaraan de leerlingen overigens zouden moeten deelnemen - zich niet beperkt tot het cognitieve vlak, maar ook gevoerd wordt over de door jullie genoemde niet of minder cognitieve doelen van onderwijs. Dit laatste is volgens mij niet zo maar overal gebruikelijk, terwijl individuele onderwijsgevenden natuurlijk voortdurend (zelf)bewustzijn van kinderen beïnvloeden, al of niet met vooropgezette bedoelingen. Hierdoor wordt vaak ook niet besproken over de vraag op welke manier leerstof de houding van leerlingen tegenover de wereld en tegenover zich zelf kan beïnvloeden. Goede docenten zijn naar mijn overtuiging docenten die bewust of onbewust voortdurend een relatie leggen tussen leerstof, de wereld en de leerling. Veel kennis van docenten hierover is tacit knowledge, onbekend voor (soms) de docent zelf en (vaak) zijn collega's. Als dit onderwerp aan de orde komt in gesprekken tussen docenten, levert dit de interessantste gesprekken op: dan gaat het pas over wat leerlingen moeten leren, zonder de 'vakkennis' die dan instrumenteel is geworden. Het gaat dan over 'communicatie' in plaats van over 'Engels'.

Probleem is dat dit verborgen curriculum bijna niet in vakken te vangen is. Pogingen als 'gelukskunde' blijven beperkt tot één school, vakken over levensbeschouwing en het al genoemde ckv hebben de neiging 'cognitief' te worden, voor jullie vak 'creativiteit' kan ik niet zo maar een inhoud bedenken. Het gaat hier immers niet om een beschrijfbare vakinhoud, maar om een soort meester-gezel-relatie tussen docent en leerlingen. Altijd moet ik hier denken aan Cicero's definitie van een redenaar: vir bonus dicendi peritus. Toegepast op de docent: een docent is een goed mens met een bepaalde vakkennis. In die volgorde.

Bij het vaststellen van een nieuw curriculum zou ik dus willen pleiten voor een voortdurend gesprek tussen docententeam en leerlingen over met name het verborgen curriculum en de rol die het formele curriculum speelt bij het realiseren daarvan. Uiteraard moet daarbij altijd oog zijn voor het realiseren van de formele doelen van het onderwijs, die garanderen dat een gediplomeerde ervan blijk heeft gegeven te beschikken over bepaalde kennis en vaardigheden en die worden vastgesteld door de overheid. Ik zeg met nadruk 'docententeam' en niet 'docent'. Waarom, moge inmiddels duidelijk zijn.

Dit voorstel kan gerealiseerd worden zonder een stelselwijziging, zonder ingreep in de huidige tabel. Op mijn school proberen we een dergelijk gesprek te voeren in ons gymnasium, in ons technasium en in wat wij 'cultuurstroom' noemen. Een zeer interessant gevecht tegen de culturele bierkaai! Dit voorstel kan niet gerealiseerd worden met een stelselwijziging of een ingreep in de huidige tabel.

Ik hoop dat ik duidelijk heb kunnen maken wat ik bedoel en ben zeer bereid hierover verder te discussiëren. 

Rob Menting, Lyceum Schöndeln Roermond 




Contactinformatie

Tongersestraat 6
6211 LM Maastricht
Telefoon: +31 43 388 36 20 

Stuur ons een email

Nieuwsbrief

Wil je op de hoogte gehouden worden van onze ontwikkelingen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.

Inschrijven

Social

Volg ons op social media.